Donderdag 31-01-2013

Om half 8 vertrokken richting Chiang Rai (betekent stad van de koning Rai), een rit van 270 km. Met de chauffeur die wij hadden zou dat niet lang duren want hij reed bijna altijd 120/130 km per uur.
Onderweg stopte de chauffeur plotseling en de reden was dat de gids Tan wilde dat hij stopte om ons te laten zien hoe men de rijstvelden aan het beplanten waren. Iedereen mocht de bus uit om foto's te maken. Gerard zag een plank over de sloot en besloot om verder te gaan om betere foto's te kunnen maken van de planters.
Tussen de rijstvelden waren dammen waar hij over kon lopen. Het bleek echter steeds blubberiger te worden en op een gegeven moment zagen we Gerard uitglijden en kon zich net staande houden door in het water (blubber) te staan, bang dat hij film-en fototoestel zou kwijtraken in het water. Bij terugkomst ging Tan hem helpen om z'n schoenen schoon te maken in het slootje.
Maar de foto's zijn mooi geworden en daar ging het om.
Verder op weg naar de Mekong rivier waar we bij een restaurant (alweer) gegeten hebben. Wederom was het overheerlijk. Ondertussen was onze busboy de bus van blubber aan 't ontdoen.
Daarna gingen we naar de gouden driehoek vooral bekend om de opiumteelt en de smokkel daarvan. Op dat punt komen Nyamar (Birma), Laos en Thailand gescheiden door de Mekongrivier bij elkaar.
Op de Mekong hebben we een bootreis gemaakt en waren we voor 't eerst in ons leven illegalen. We gingen aan land in Laos en bezochten daar een markt. Daar heb ik een leren tas gekocht voor 15 euro (650 bath).
Ook vond ik een slof Marlboro light voor 300 bath (ongeveer 7,50 euro). Gerard mocht whiskey proeven dat kwam uit een vat waar een cobraslang in lag. Hij had opeens niet zoveel trek meer om te proeven, maar heeft wel een fles whiskey gekocht voor 50 Bath (1,25 euro).
Terug met de boot naar het drielandenpunt en reden we naar een benzinepomp waar we werden opgepikt door pickups. Hiermee reden we de bergen in om 3 bergstammen te bewonderen. In noord-oost Thailand leven nog ongeveer 1 miljoen mensen in de bergen. Voorheen verdienden hun geld vooral met de opiumteelt maar sinds de regering dat verboden heeft verbouwen ze nu allerlei andere producten waar ze een vaste prijs voor krijgen (het zgn Royal Project).
De eerste bergstam die we tegen kwamen de Lahoustam. Deze hebben een zwart hoofddeksel met allemaal muntjes en als er een kap achterop staat zijn ze getrouwd. We werden warm ontvangen en hun waar werd aangeprezen. Daarna gingen Akha stam, waarbij de oorlellen uitgerekt zijn en er een ring of zo doorheen zit. De vrouwen kauwen daar op bonen waardoor hun tanden er vies zwart uitzien.
Daarna liepen we naar beneden de vallei in waar de langnekstam woont (giraffenvrouwen). Deze vrouwen dragen traditionele koperen halsringen. De kunnen ongeveer 5 kilo wegen en 20 tot 30 cm hoog zijn. Hierdoor drukken de sleutelbeenderen en de ribbenkast omlaag waardoor de hals onnatuurlijk lang lijkt. Ze zeiden dat ze pas bij 5 jaar voor het eerst een ring omkregen, maar we zagen kinderen die nog geen 2 jaar waren die al ringen om hadden. Ze doen dit omdat ze hun voorouders als sierlijke draken zien en hoe meer ringen hoe meer aanzien. Het was indrukwekkend en ook bizar om te zien.
Vandaaruit met de pickups naar de bus die ons weer naar het hotel bracht. We hebben daar een heerlijke maaltijd gehad.
Het hotel is prachtig maar heel groot. Wij moeten morgen rekening houden met de tijd om op tijd bij de bus te zijn. Het is wel 10 minuten lopen.
Tot morgen..............